Jongeren raken steeds jonger verstrikt in het drugscriminaliteit, die conclusie mag inmiddels worden getrokken. Kinderen van acht tot tien jaar rijden al met drugs op zak door de stad. Om zich te bewijzen of omdat ze worden gedwongen.
In de rangorde van de drugshandel staan deze jonge jongens onderaan als ‘soldaten’, maar raken wel bekend met het drugswereldje en willen klimmen omdat ze zien dat er veel geld wordt verdiend. De oudere jongens, ook nog pubers, hebben geld om dure kleding te kopen of de nieuwste gadgets. Daarbij: hoe hoger in de rangorde hoe kleiner het risico wordt om gepakt te worden. Daarvoor zijn de soldaten en de kleintjes. En die kleintjes zitten vaak nog op de basisschool. Deze zeer jonge jongens wordt vaak ingezet voor het doen van hand- en spandiensten voor de oudere jongens. Op de middelbare school raken de jongeren betrokken bij de daadwerkelijke drugshandel en dat is niet ongevaarlijk. Om zich te beschermen tegen een ripdeal dragen ze wapens.
De oudere, vaak populaire jongens op straat hebben status en zijn een voorbeeld voor de jongere jongens. Ook worden ze gezien als slimmere jongens. De leiders zijn ouder, die kennen het klappen van de zweep en willen zelf niet gepakt worden. Ze regelen jonge jongens die voor weinig geld veel risico lopen.
Het rekruteren gaat op een slinkse manier: Een jongen gaat mee met een vriend of klasgenoot, niet wetende wat er gaat gebeuren. En zonder dat hij daar van af wist belandt hij in situatie dat hij zijn vriend niet afvallen. En dan zit ie eraan. Want hij was erbij. Ook een criminele familie als ouders en broers leidt vaak tot een vroege carrière in de drugshandel. Vervolgens is het voor pubers lastig om eruit te stappen. Naast bedreigingen en dwang zien de jongens ook dat het gemakkelijk verdienen is in de drugs. Er gaan bedragen in om waar menig vakkenvuller alleen maar van kan dromen: want voor één ritje iets wegbrengen met de scooter verdien je een tientje. Hoe lang moet je daarvoor bij de Albert Heijn vakkenvullen?
Kwetsbare jongeren
Het rekruteren van nieuwe jongens is niet zo heel moeilijk: De kwetsbare jongens worden eruit gepikt en de oudere jongens weten feilloos wie ze moeten hebben. Ze kijken naar jongens die beïnvloedbaar zijn, niet angstig en die stoer doen en status willen. De jongeren hebben bijvoorbeeld weinig geld thuis en vragen ze even snel iets te doen. Nieuwe rekruten worden eruit gepikt op straat en vervolgens begint het met het doen van kleine klusjes zoals een boodschap doen, op de uitkijk staan of even wat wegbrengen. Of er worden loverboytactieken gebruikt om een jong in te palmen.
Daarnaast worden kinderen onder de twaalf jaar geronseld omdat ze niet vervolgbaar zijn en de gevolgen, als ze worden gepakt, niet zo groot zijn. Daarbij kijken de jonkies op tegen de oudere jongens. Daarnaast worden ook meisjes die op jonge leeftijd in het drugscircuit terecht komen ook steeds jonger. Meiden worden veel minder snel gepakt en daar is ook minder controle op. Zij worden in het circuit gebruikt als muilezels om de drugs te beheren en te bewaren.
Ook blijkt dat jongeren met een licht verstandelijke beperking kwetsbaar zijn voor uitbuiting. Ze zijn over het algemeen gemakkelijk beïnvloedbaar zijn en zich niet bewust van de consequenties van hun gedrag. Daarnaast voeren jongeren met een licht verstandelijke beperking opdrachten precies zo uit als hen wordt opgedragen, ze denken er verder niet over na en stellen geen vragen. Omdat ze dat niet snappen. Dus zijn het hele makkelijke loopjongens. Dit maakt dat ze makkelijk misbruikt worden door anderen.
Armoede
Ook speelt het gezin waarin een jongere opgroeit een belangrijke invloed. In een gezin van een drugsverdachte is vaak sprake van werkeloosheid, armoede, ziekte of afwezigheid van ouders. Weinig aandacht van ouders voor kinderen maakt kwetsbaar om in de drugsgerelateerde criminaliteit terecht te komen. Een tekort aan aandacht maakt hen kwetsbaar voor de invloed van personen met verkeerde bedoelingen, die hier goed op in weten te spelen. Daarbij hangen deze jongeren meer op straat rond en zijn gemakkelijker te vinden. Dit probleem speelt ook bij hardwerkende ouders, die hebben ook weinig zicht op hun kinderen omdat ze beiden vijf dagen per week aan het werk zijn. Ook deze kinderen missen soms de aandacht en betrokkenheid van hun ouders. Sterke banden binnen het gezin en een stabiele gezinssituatie vormen belangrijke beschermende factoren om niet het criminele pad op te gaan.
Opgroeien in armoede is een risicofactor zijn die jongeren kwetsbaar maakt om in een uitbuitingssituatie terecht te komen. Deze jongeren willen ook die telefoon hebben of dure kleding dragen zoals hun vrienden en leeftijdsgenoten. Dus wanneer iemand ze dan dure spullen geeft, of ze laat geloven dat er op een gemakkelijke manier geld verdiend kan worden, dan is een stap naar drugsgerelateerde criminaliteit sneller gezet. Ook kan armoede in het gezin tot spanningen en frustraties leiden bij jongeren.
Met een goede armoedebestrijding wordt al een deel van dit probleem opgelost. Aan de andere kant, wanneer er sprake is van armoede, willen kinderen bijdragen aan het gezinsinkomen en komt het ouders goed uit als kinderen geld in het laatje brengen.
Scholen
Ook worden op scholen steeds meer kinderen geronseld. En dan wordt er niet alleen in het vmbo geronseld, maar ook in het hogere onderwijs. Scholen denken vaak dat dit probleem bij hen niet speelt of ze worstelen met angst voor imagoschade. Uit onderzoek blijkt dat drugs op bijna op elke school wel een rol speelt en dat dit een gemakkelijke plek is om met de verkoop te beginnen. Niet alleen softdrugs, maar ook harddrugs zijn eenvoudig te krijgen voor jongeren. Jongeren kunnen tegenwoordig simpel hun pilletjes of MDMA kunnen scoren op school, dan lopen daar ook jongeren die er makkelijk aan kunnen komen.Toch zou op alle scholen kluiscontroles uitgevoerd moeten worden dit in combinatie met een streng drugsbeleid.
Hard bewijs
Het is niet eenvoudig om hard bewijs te leveren dat jongeren zich daadwerkelijk met drugscriminaliteit bezighouden. De handel vindt meestal heimelijk plaats en vaak zijn er dus slechts vermoedens. Meldingen of waarnemingen over drugshandel zijn de meest directe aanwijzingen dat jongeren zich met drugscriminaliteit bezighouden. Het wordt bijvoorbeeld door omwonenden gezien. Een andere directe aanwijzing voor drugshandel is het bezit van drugs. Bij de jonge dealers gaat het vaak om hasj, maar er worden ook Xtc-pillen en bolletjes cocaïne aangetroffen net als attributen die voor handel gebruikt worden zoals zakjes of een weegschaaltje.
Het hebben van meerdere telefoons of het ontvangen van veel berichten en telefoontjes kan een belangrijke aanwijzing zijn dat jongeren betrokken zijn bij drugshandel. ” Over het algemeen wordt aangenomen dat jonge dealers de telefoontjes krijgen van degene voor wie ze de handel drijven. Het gaat vaak om simpele goedkope Nokia telefoontjes, die regelmatig door nieuwe exemplaren vervangen worden. Ook de jonge kinderen weten wat ze moeten doen als een telefoon in beslag wordt genomen zodat de telefoon niet meer uitgelezen kan worden. Ze hebben op afstand Snapchat én Instagram én WhatsApp én Telegram al overgezet op een andere telefoon en hebben op afstand hun telefoon gewist.
Oudere jongens
Een van de meest genoemde signalen is het omgaan met oudere jongens. De omgang met oudere jongens is een bekende risicofactor voor criminaliteit. Het is niet heel zichtbaar, maar je ziet het wel: een jongen van 13 praat met een jongen van 20, dat klopt niet. Ook bij scholen worden soms oudere jongens gesignaleerd die daar niets te zoeken hebben of met auto’s voorbij rijden. Uit de praktijk blijkt dat jongere jongens er door oudere jongens op uit worden gestuurd om klusjes te doen. Zij moeten bijvoorbeeld een telefoon voor ze opladen of even iets halen bij de supermarkt.
Ze testen de loyaliteit en een eerste relatie of gezagsverhouding wordt gevormd. De jongeren kijken tegen de oudere jongens op. Door iets voor ze te doen, levert dit ze status op. Een ander signaal dat er iets speelt, is dat jongeren op school horen te zitten maar daar niet zijn. Laat rondhangen of laat thuis komen kan een risicofactor zijn maar ook als signaal fungeren. De jongeren vertellen thuis niet waar ze heen gaan. Een ander signaal dat op drugscriminaliteit kan wijzen, is wanneer een jongere plotseling dure spullen in zijn of haar bezit heeft.
Bron: Dealers in de dop – Gemeente Amsterdam