Het is scheikundige Laura Jansen van de Radboud
Universiteit gelukt om uit suikerbietenpulp (een restproduct van suikerbiet) goed
functionerende zeep te maken.
Daarmee kan er een duurzaam alternatief voor
gebruikelijke zepen worden gemaakt. Laura Jansen promoveert op 8 november op
dit onderwerp.
Veevoer
Wanneer sucrose uit suikerbiet wordt gehaald, bijvoorbeeld
voor snoep, blijft er suikerbietenpulp over als een restproduct. Jansen: "De
suikerbietenpulp wordt meestal gebruikt als veevoer, maar aangezien deze pulp
andere interessante suikermoleculen bevat, wilde ik kijken of we meer uit de
pulp konden halen."
Oplosbaar in water en olie
Zeep werkt namelijk zo: het molecuul bestaat uit twee delen,
het ene lost op in water, het andere in olie. De viezigheid die je wil
verwijderen, lost op in de olie en het water spoelt de viezigheid weg. Elke
zeep werkt op die manier: van je handzeep tot je wasmiddel. De scheikundige: "Suikers lossen op in water, denk maar aan
suiker in je thee, maar in principe niet in olie. Daarom heb ik de
suikermoleculen uit de pulp aangepast met groene chemie zodat ze in water en in
olie oplossen. Ik plakte er eigenlijk een soort staartje aan vast."
Jansen
maakte daarmee een nieuw molecuul, eentje waar ze ook een patent op heeft
gekregen in samenwerking met innovatiebedrijf Cosun RD&I. En de tests die
ze in het lab met de nieuwe zeep deed werkten: "Het lapje stof dat we wasten,
werd schoon met deze ‘zeep’."
Upcycling
Op deze manier wordt de pulp ge-upcycled en krijg je
duurzame zeep. "Dit suikermolecuul uit biomassa is een goed groen alternatief.
Daarnaast is het ook sulfaatvrij en mild voor de huid." De volgende stap is het hele proces van pulp tot product
goed in kaart brengen, voordat bedrijven deze nieuwe basis voor zeep gaan
gebruiken. "Daarvoor moet eerst nog gekeken worden of dit molecuul op grotere
schaal gemaakt kan worden: tot nu toe werkt het in ieder geval heel goed in het
lab," aldus Jansen.